Als de opname gemaakt is in de studio, begint eigenlijk het echte werk. Wij vergelijken het altijd met het maken van een pan soep....

Met de ingredienten die je hebt kun je een heerlijke pan soep maken. De ene kok laat echter de soep verbranden, de ander doet er te weinig zout in, weer een ander doet er te veel groente in...

Zo is het eigenlijk ook met muziek. De instrumenten en de stem zijn de ingredienten en de stem bepaald de smaak van de soep. Doe je er te veel van het één of het ander in dan is de soep niet lekker of te flauw. Zo is het eigenlijk ook met mixen. het ene geluidje iets harder dan het ander, een beetje reverb (galm) op de stem, een te scherpe "S" wegfilteren, wat meer bas in de stem, wat meer "hoog" uit de orkestband etc etc.  Dat is het mixen. Wij proberen die goede kok te zijn en een lekkere pan soep te maken.. En in de meeste gevallen is men zeer tevreden over onze 'kookkunst'. 

Als de mix klaar is gaan we masteren.

Dit is feitelijk het op smaak brengen van de "soep".  Zorgen dat het één geheel wordt, dat de muziek niet harder is dan de stem of andersom, en dat het prettig luisteren is.

Maar ook zorgen dat het op een grote installatie net zo goed klinkt als op een telefoon of in de auto.

Hiervoor gebruiken wij equalizers, compressors, exiters, maximizers, en stereobeeld vormers.

Mixen en masteren is inbegrepen bij een studio opname.

Luister onderstaand het verschil tussen een bewerkte en gemasterde track en een onbewerkte en ongemasterde track.